Noordoostpolder

Wat zullen we ze missen..

...Lipkje en Elly! Vanaf volgend jaar stoppen zij beiden met het openstellen van hun prachtige
tuinen. Zo wordt de spoeling met bijzondere tuinen in de Noordoostpolder, die open zijn voor
publiek steeds een beetje dunner. Bij beide dames ben ik, eind april, op bezoek geweest voor
een interview. Het was een stralende dag, met een prachtige wolkenlucht, de tulpen onderweg
bloeiden hier en daar al, maar nog niet zo veel vanwege de voorgaande koude weken.

Lipkje

Zo begon het... voor Lipkje

De eerste afspraak had ik De Tuinen van Lipkje Schat. Lipkje vertelt dat ze is opgegroeid in Lemmer. Samen met Arjen zijn ze begin jaren 70, op het bedrijf van zijn ouders in Rutten aan de Weg van Ongenade. Alle boerderijtuinen zagen er in die tijd nog behoorlijk hetzelfde uit. Gras met een enkele border. En natuurlijk een moestuin. Hier heeft ze het tuinieren geleerd. In 1988 zijn ze verhuisd naar de Polenweg 9 in Bant, hier hadden ze meer land bij de boerderij.
 

Groei

De tuin aan de Polenweg was toen nog niet zo groot als ie inmiddels geworden is. Lipkje ging aan de slag en al doende leert men en zo ook Lipkje. Zij heeft de tuin zelf ontworpen en aangelegd: vijvers gegraven, paden gelegd, ze plantte bomen en struiken en legde borders aan. Ze had wat planten uit de tuin in Rutten meegenomen en over de tijd kwamen er steeds meer plantjes bij. Wat het niet deed op de ene plek, kreeg het seizoen daarop een nieuwe kans in de tuin in een andere border. De tuin gedijde goed en werd steeds groter. Heggen werden geplant, Arjen lastte de metalen zuilen waar de rozen tegenaan groeien.
De bogen over het pad naar het huis zijn speciaal extra hoog gemaakt, zodat lange mensen, zoals Lipkje zelf, er
makkelijk onderdoor konden. Op dit moment zitten de sierappeltjes, die hierlangs geleid zijn, tegen de bloei aan
en worden ze al roze. In de border langs dit laantje staan de voorjaarsbloeiers die je ook overal in de tuin tegenkomt, maar hier voornamelijk in witte tinten. Lipkjes favoriete plek is in de tuin blijkt het terras waar we zitten voor ons gesprek. Ik kan het me helemaal voorstellen. Ieder seizoen heeft wel weer wat. In september, als de tuin dicht is, geniet Lipkje enorm van een stille nevelige morgen in haar dan rustige tuin

Blijven proberen

Ik vraag haar of ze nog tips voor ons, als poldertuiniers, heeft. Voor Lipkje is het belangrijk dat je vooral doet wat je leuk vindt. Probeer gewoon en als het niet lukt, probeer je het op een ander plek of op een ander manier gewoon weer. Grondsoort is een belangrijke basis voor je tuin, houd hier dan ook rekening mee bij het tuinieren. Doe je eigen ding, natuurlijk kun je uit bepaalde hypes ideeën opdoen en gebruiken, maar geef er vooral je eigen draai aan. Nog een tip is dat het belangrijk is dat de lijnen in de tuin ‘goed’ zijn. Wanneer je met een lege tuin
kunt beginnen, aarzel dan niet een tuinontwerper in te schakelen.

Kamers

Voor Lipkje werken de kamers erg handig. Hier gebruikt ze per kamer verschillende kleuren. De uitdaging is om dit bij elkaar te zoeken. Vaak plukt ze vooraf de bloemen en houdt die in de hand bij elkaar om te zien wat het doet,
qua kleur en structuur.

Verbinding

Dankzij haar tuin heeft Lipkje zoveel mensen ontmoet, bijzondere mensen, die ze anders nooit ontmoet zou hebben. Hierdoor heeft ze wel een ander kijk gekregen op dingen. Ook is ze fan van Linnaeus geworden, door hem is het gebruik van Latijnse plantennamen in de hele wereld ingevoerd en kun je dezelfde taal spreken met andere tuinliefhebbers, ook al komen ze uit een totaal ander deel van de wereld.

Bezoekers in beide tuinen

Op mijn vraag waar al die duizenden bezoekers die over de jaren langs geweest zijn vandaan kwamen, bleek dat de meeste tuinliefhebbers bij beide tuinen langsgingen als ze dan toch in de polder waren. De Open Tuinen Weekenden gaven hier natuurlijk wel aanleiding toe. De leukste bezoeker, waar zowel Lipkje als Elly over vertelde, vond ik wel de ambassadeur van Japan en zijn vrouw, die onderweg naar een bezoek in Groningen, beide tuinen graag wilden zien. Zij dachten dat het openbare tuinen waren en vonden het bijzonder dat dit niet zo was. Op de terugweg brachten ze nog een doosje heerlijke bonbons langs als dank voor de rondleiding door de privé tuin. Verder komen bezoekers uit heel Nederland, natuurlijk, maar ook uit België, Duitsland, bussen vol met tuinliefhebbers. Ook mensen uit Spanje, Portugal, Griekenland, Italië, Oekraïne, Rusland, Oostenrijk. Maar ook tuinclubs uit bijvoorbeeld Pennsylvania (US), Ierland, Engeland, Frankrijk, Noorwegen, Finland, Denemarken, Australië en Japan. Bij Elly kwam ooit eens een bus met Koreanen langs.
 

Goldhoorn Gardens

Daarna op naar Elly Kloosterboer, geboren en  getogen aan het Venepad, nu woonachtig aan de Klutenweg 13 in Bant. Hier vinden we haar paradijsje, De Goldhoorn Gardens. Op mijn vraag waar de naam vandaan komt, volgt een verhaal dat ik niet verwacht had. De schoonmoeder van Elly kwam uit Groningse Oostwold, die streek heet
Goldhoorn (uitspreken alsof het Nederlands is).
Maar het bekt natuurlijk ook lekker in het Engels, zeker met de ‘Gardens’ erachter.

Zo begon het... voor Elly

Haar moeder had in die tijd ook veel plezier in haar tuin, waar ze volgens de ‘tuinmode’ in die tijd vooral eenjarige bloeiers had staan. Toen Elly op de lagere school zat, had ze wel wat boekjes over tuinieren en vond ze dit ook leuk. Later hielp Elly ook altijd mee, wat ze niet altijd even leuk vond als tiener. Eerst is zij samen met haar man tegenover haar schoonouders gaan wonen. Toen vond ze tuinieren inmiddels wel weer erg leuk om te doen. In 1980 is ze op het huidige erf gaan wonen.
Eerst was de tuin een echte kindertuin, zandbak en trapveldje ontbraken niet en zijn ze eerst begonnen met het verbouwen van de woning. Gaandeweg ontwikkelde ze de moestuin en stak ze daar veel tijd in. Maar na zo’n 10 jaar was ze daar wel klaar mee. Maar wat wilde ze dan? Het eerste idee was een vijver. Die hebben ze toen uitgegraven en van de grond die eruit kwam een wal gemaakt. Snel daarna heeft ze een deel van de tuin, direct om het huis, laten ontwerpen en aan laten leggen. Toen was ze om, wauw wat mooi. In de jaren daarna is de tuin steeds verder uitgebreid, de aarden wal is verdwenen en ook de noordsingel is aangepakt. Het tuinenvirus had haar inmiddels goed te pakken en tijdens een tuinreis door Engeland zag ze hoe je muurtjes prachtig kunt gebruiken in je tuin. Dat wilde ze ook wel. Uiteindelijk zijn de muurtjes er niet gekomen. Maar haar interesse voor tuinontwerp was aangewakkerd en in 1998 werd dit in een concrete stap die ze zette door weer naar school te gaan en zich in Frederiksoord het tuinontwerpen eigen te maken. Dit ontwerpen van tuinen blijft ze ook doen als de tuin per 1 oktober sluit.

De basis

Tip van Elly is dat je ervoor moet zorgen dat de basis van je tuin goed is, dat wil zeggen, zorg voor een goede, gezonde grond. Zijzelf verbetert hem bijvoorbeeld met champost, anders kom je de klei niet in en is het plezier in je tuin in een mum van tijd weg.

De tijd van gaan is gekomen

Op mijn vraag waarom ze stopt met de tuin (wat natuurlijk niet helemaal waar is, de tuin blijft voor haar en haar gezin om van te genieten), antwoord ze dat het gebonden zijn aan huis, aan de tuin en het altijd beschikbaar moeten zijn voor bezoekers, nu wel mooi is geweest.
Ze heeft het altijd met veel plezier gedaan, maar nu is het tijd voor iets anders. Ze zal al de collega-tuinliefhebbers die op bezoek kwamen wel missen. Iemand stelde haar dan nu voor een Bed & Breakfast te beginnen, maar dat is niet Elly’s plan. Samen met Piet Boersma blijft ze wel graag de tuinontwerpcursussen voor onze polder  Groei&Bloei geven. Zodra de COVID-19 omstandigheden het toelaten, zal hier weer informatie over gedeeld worden aan de leden.

Inspiratie

Wat haar op mooie ideeën heeft gebracht zijn o.a de boeken van Elisabeth De Lestrieux, maar ook bijvoorbeeld ‘onze eigen’ Piet Oudolf.

Marjan Marinissen

Dit interview staat ook in de Polderbloei van zomer 2021

De Stentor plaatste dit interview met Lipkje.

In juni had Omroep Flevoland een interview met Lipkje.