De hazelaar is een grote bladverliezende struik of meerstammige kleine boom tot 6 meter hoog, die behoort tot de berkenfamilie. Elke winter (vaak al in januari) als de hazelaar met prachtige katjes bloeit, denk ik: gelukkig de lente komt er weer aan. Vorst of geen vorst de hazelaar bloeit in die tijd op het kale hout. De heester is ‘eenhuizig’, dat wil zeggen, dat hij mannelijke bloemen heeft, die ’s winters in de katjes zitten, en vrouwelijk bloemen, die bestaan uit drie of vier kleine rood-paarse draden, die bij elkaar in een knopje zitten aan het uiteinde van de takken. Deze draden zijn kleverig, zodat ze het door de wind wegvliegende stuifmeel kunnen opvangen: zo vroeg in de winter zijn er immers nog geen hommels en bijen die voor de bestuiving kunnen zorgen. Deze bloemen bloeien na de bevruchting en na een jaar of 10 groeien ze pas uit tot noten. Na een milde winter en een koele, vochtige zomer produceren hazelaars meer noten dan in een droge warme zomer.
Ze houden van redelijke vochtige grond: op onze polderklei voelen ze zich dus prima thuis.
De meest voorkomende soorten zijn:
Corylus maxima 'Purpurea', met prachtig mooi paarsrood blad en het leuke is, dat ook zijn katjes in de winter paarsrood zijn.
De prachtige kronkel- of krulhazelaar Corylus avellana ‘Concorta’ met schitterende gevormde takken, die vooral in de winter erg opvallend zijn. Ideale takken om te gebruiken bij het bloemschikken: bv. om kransen mee te decoreren….
Corylus avellana 'Pendula' is de welbekende Treurhazelaar. Een schitterende hazelaar met sierlijke naar de grond hangende takken: deze soort is eigenlijk altijd op een stam geënt.
Wies Voesten.